Ceanothus arboreus 'Trewithen Blue' - Amerikaanse sering
jan
feb
mrt
apr
mei
jun
jul
aug
sep
okt
nov
dec
Latijnse naam | Ceanothus arboreus 'Trewithen Blue' |
---|---|
Nederlandse naam | Amerikaanse sering |
Synoniem(en) | ? |
Genus | ? |
Familie | Rhamnaceae |
Categorie | heesters |
Hoogte | 700 cm |
Bloemkleur | blauw |
Bladkleur | groen |
Standplaats | geen specifieke eisen |
Eigenschappen | vorstbestendig, wintergroen, snoeiplant |
USDA klimaatzone | 9a (-6,7°C tot -3,9°C) |
De nederlandse naam is Amerikaanse sering, familie van de Rhamnaceae. De bloemkleur is zachtblauw en de bloeitijd is van ca. maart tot en met mei. De bladeren zijn donkergroen. De volwassen hoogte van deze grote heester is ca. 700 cm. Verdraagt een temperatuur tot -5 gr. C. en blijft de gehele winter groen. Is goed verkrijgbaar.
Met een grote sierwaarde, vooral bv. als accentplant in het openbaar groen en in de tuin vanwege de mooie vorm, de bloeiwijze of de bladkleur. Deze plant wenst een matig voedselrijke, droge tot vochthoudende, zandige bodem. Heeft een voorkeur voor neutrale tot basische grond (ph = 7 - 9). Zonnig, verlangt een plekje in de zon en verdraagt zomerse warmte redelijk, mits de standplaats voldoende vochthoudend is. Kan bij nachtvorst in april-mei schade oplopen. Deze plant is goed te combineren met 'borderplanten', zolang die er niet te dicht op staan.
Voor bloeiende heesters is het belangrijk om een N:K verhouding te hebben van 1,3 – 1,8 voor een goede knopontwikkeling. Bij houtige gewassen is tevens fosfor erg belangrijk gedurende het hele seizoen voor het stimuleren van de ademhaling van de plant (nodig voor het omzetten van de NPK in voor de plant benodigde eiwitten) en het afrijpen van het gewas (dat de houtcellen goed gevormd worden). Advies samenstelling: N5+P2+K4 tot maximaal N9+P6+K8
Grond vochtigheid:
droog
Grond voeding:
matig voedselrijk
Grond zuurgraad:
neutraal tot basisch
Te gebruiken zonder specifieke eisen aan hun standplaats.
Plant vorstbestendigheid:
-5°C
Ceanothus (Amerikaanse sering)
Heesters van dit geslacht hebben een regelmatige snoeibeurt nodig om ervoor te zorgen dat ze sterk blijven.
We snoeien de bladverliezende soorten in het voorjaar terug tot ongeveer 10 cm van het oude hout (op het oude hout lopen ze slecht uit). We verwijderen dan tevens de vorstschade. Dat kan in extreme gevallen leiden tot het afzetten van de heester vlak boven de grond.
De bladhoudende soorten behandelen we iets anders. We snoeien wel de vorstschade weg, maar de snoei voor een sterke groei doen we nu na de bloei. We korten dan de uitgebloeide scheuten met 2/3 in. Door dit te doen voor de zaadzetting houdt de plant energie over voor de groei.