Leycesteria formosa - Fazantenbes
jan
feb
mrt
apr
mei
jun
jul
aug
sep
okt
nov
dec
Latijnse naam | Leycesteria formosa |
---|---|
Nederlandse naam | Fazantenbes |
Synoniem(en) | ? |
Genus | ? |
Familie | Caprifoliaceae |
Categorie | heesters |
Hoogte | 200 cm |
Bloemkleur | wit, paars |
Bladkleur | groen |
Standplaats | geen specifieke eisen |
Eigenschappen | vorstbestendig, snoeiplant |
USDA klimaatzone | 8a (-12,2°C tot -9,4°C) |
De nederlandse naam is Fazantenbes, familie van de Caprifoliaceae. De bloemkleur is wit+purper en de bloeitijd is van ca. augustus tot en met september. De bladeren zijn groen. De volwassen hoogte van deze grote heester is ca. 200 cm. Verdraagt een temperatuur tot -10 gr. C. Met opvallende vruchten. Is ruim verkrijgbaar.
Met een grote sierwaarde, vooral bv. als accentplant in het openbaar groen en in de tuin vanwege de mooie vorm, de bloeiwijze of de bladkleur. Deze plant wenst een voedselrijke, vochthoudende tot vochtige bodem. Voor wat betreft de zuurgraad is ze vrij tolerant (pH = 5.5 - 8). Verlangt een plekje in de zon of lichte schaduw. Bij voorkeur uit de middagzon. Kan bij nachtvorst in april-mei schade oplopen. Deze plant is goed te combineren met 'open plaats' en 'borderplanten', zolang die er niet te dicht op staan.
Voor bloeiende heesters is het belangrijk om een N:K verhouding te hebben van 1,3 – 1,8 voor een goede knopontwikkeling. Bij houtige gewassen is tevens fosfor erg belangrijk gedurende het hele seizoen voor het stimuleren van de ademhaling van de plant (nodig voor het omzetten van de NPK in voor de plant benodigde eiwitten) en het afrijpen van het gewas (dat de houtcellen goed gevormd worden). Advies samenstelling: N5+P2+K4 tot maximaal N9+P6+K8
Grond vochtigheid:
vochthoudend
Grond voeding:
voedselrijk
Grond zuurgraad:
zwak zuur tot licht basisch
Te gebruiken zonder specifieke eisen aan hun standplaats.
Plant vorstbestendigheid:
-10°C
Deze heester planten we vooral aan vanwege de mooie, zeegroene scheuten en twijgen. Deze kleur verdwijnt naarmate de heester ouder wordt. Het is dus van belang om haar jong te houden. Dit doen we door in de lente (maart - april) een kwart tot een derde van de oudste takken te verwijderen. Tevens verwijderen we dan de vorstschade. Die kan behoorlijk zijn, want de plant is niet geheel winterhard en de scheuten zijn hol.
Bij grote vorstschade kunnen we haar dan ook bij de grond afzetten. Dan groeit ze jaarlijks naar een hoogte van bijna een meter. Met de eerder genoemde snoeimethode wordt ze ongeveer 1.5 meter hoog.
Zonder snoei groeit ze erg warrig en wordt ze zelden groter dan 2 meter hoog en breed.