Picea pungens 'Edith' - Blauwe spar
jan
feb
mrt
apr
mei
jun
jul
aug
sep
okt
nov
dec
Latijnse naam | Picea pungens 'Edith' |
---|---|
Nederlandse naam | Blauwe spar |
Synoniem(en) | ? |
Genus | ? |
Familie | Pinaceae |
Categorie | coniferen |
Hoogte | 200 cm |
Bladkleur | blauw, grijs |
Standplaats | ? |
Eigenschappen | vorstbestendig, wintergroen, giftige plant |
USDA klimaatzone | 4b (-31,7°C tot -28,9°C) |
De nederlandse naam is Blauwe spar, familie van de Pinaceae. De bladeren zijn blauwgrijs. De volwassen hoogte van deze conifeer is ca. 200 cm. Verdraagt een temperatuur tot -30 gr. C. en blijft de gehele winter groen. Heeft een opvallende bladkleur. Is slecht verkrijgbaar.
Bijvoorbeeld voor stedelijk openbaar groen (parken) en bostuinen. Deze plant wenst een matig voedselrijke, vochthoudende, 'gemiddelde' bodem. Dus niet te zware of te lichte grond en een vrij neutrale zuurgraad (pH = 6 - 8). Korte periodes van droogte worden goed verdragen. Verlangt een plekje in de zon of lichte schaduw. Deze plant is, vanwege oppervlakkige worteling of grote vocht-/voedingopname, lastig met vaste planten te combineren.
Het is belangrijk dat planten goed groeien, groen blad vertonen, goed bestand zijn tegen ziekten en goed bloeien. Voor de eerste twee is stikstof nodig, voor de laatste twee kalium. Aangezien de meeste planten al een goed wortelgestel hebben en omdat het beter voor het milieu is zit er minder fosfor in de formule. Advies samenstelling: N4+P2+K6 tot maximaal N8+P6+K8
Grond vochtigheid:
vochthoudend
Grond voeding:
matig voedselrijk
Grond zuurgraad:
zwak zuur tot licht basisch
Geschikt voor een koele, beschutte plaats.
Plant vorstbestendigheid:
-30°C
De spar heeft in zijn naalden een vluchtige olie, met als hoofdbestanddeel terpenen. Dieren, vooral honden en katten kunnen het gif binnenkrijgen doordat ze aan de takken kauwen of van water gedronken hebben waar naalden in gelegen hebben of waar de stam in staat.
Symptomen braken, maag-, darmontstekingen, buikloop en algehele malaise.