Autochtone bomen en struiken
#1
ma, 26/10/2009 - 21:56
Autochtone bomen en struiken
Volgens o.a het boek Inheemse bomen en struiken in Nederland en Vlaanderen is slechts 5% van de Nederlandse bomen en struiken echt autochtoon (exclusief de bramen). De Nederlandse bossen zijn volgeplant met Douglassparren, Reuzen zilversparren en Amerikaanse eiken. OOk de tamme kastanje en de paardenkastanje zijn zeer algemene bomen. Al die bomen zijn echte uitheemse bomen. Hoewel de zomereik, de beuk en de grove den inheemse bomen zijn, komt het plantmateriaal veelal wel uit het buitenland.
Bomen en struiken met autochtoon genenmateriaal zijn zeer zeldzaam. Van die bomen en planten komt ook het plantmateriaal zelf uit Nederland en zijn dus het best op de Nederlandse situatie ingesteld.
Alleen die 5% lijkt mij wel zeer weinig. De vlier, klimop, lijsterbes en sporkehout (vuilboom) zijn zeer algemene struiken en van die planten is het genenmateriaal over het algemeen wel inheems. Het lijkt mij dat die 5% oorspronkelijk Nederlandse bomen en struiken veel te weinig. Die genoemde bomen en struiken vormen op zich volgens mij al meer dan 5% van de Nederlandse bomen en struiken bestand.
Wie kan mij vertellen of de klimop, vlier, sporkehout en lijsterbes er ook onder horen?
Sambucus
nigra (vlier) volgens mij wel
aucuparia (lijsterbes) ook
Sorbus
Hedera
soorten ook volgens mij maar weet niet welke soorten.
Ik ben er wel benieuwd naar!
Maar ik vraag me ook af wat er wordt verstaan onder autochtone planten, want de verspreiding van planten vindt ook plaats door verschillende landen. En dan bedoel ik alleen natuurlijke verspreiding. In theorie kunnen planten zich volgens mij uitzaaien over het hele continent, door wind, vogels etc. Dan vraag ik mij dus ook af wat er wordt verstaan onder autochtone struiken en bomen, omdat het naar mijn idee erg raar is om dan alleen te kijken naar Nederland en Vlaanderen.
Ben benieuwd of iemand hier meer over kan vertellen, interessante topic!
Is het relevant om hier het begrip inheems (endemisch) te beperken tot Nederland? Een landsgrens op het vasteland is op arbitraire wijze tot stand gekomen. Planten en dierensoorten storen zich er niet aan. Als bioloog in opleiding ben ik eens helemaal meegesleept naar een zuidhelling in Limburg tegen de grens met België om een plantje te bekijken, dat alleen daar op Nederlands grondgebied voorkwam. Ik heb het niet gecontroleerd, maar misschien gold het in België wel als onkruid.
Uit fossiele vondsten is wel gebleken dat Nederland' voor de laatste ijstijd veel soortenrijker was. Kennelijk zijn tijdens die koudeperiode veel soorten al dan niet tijdelijk verdwenen. Een deel daarvan zal daarna ongetwijfeld weer zijn teruggekeerd door migratie uit warmere streken, een proces dat nu overigens lijkt te worden bevorderd door de mondiale temperatuurstijging.
Ondertussen is de invloed van de mens onmiskenbaar en heeft voor een enorme verrijking gezorgd van flora en fauna of vervalsing zoals je wilt.
groet,
Draco
De vlier en de lijsterbes zijn inheems met autochtoon genenmateriaal. Dat weet ik en dat meldde ik al. Alleen als alle vlierstruiken, lijsterbessn, klimop en sporkehout mee worden geteld in de 5% inheemse bomen met autochtoon genenmateriaal dan zou dat naar mijn idee betekenen dat er wel heel weinig andere bomen en struiken ook inheems met autochtoon genenmateriaal kunnen zijn. Dat lijkt mij onjuist. De meeste zomereiken hebben geen autochtoon genenmateriaal en dat maakt wel veel uit. Ook de beuken zijn vooral aangeplant met uitheems genenmateriaal. Mogelijk is er nog maar een grove den over die echt autochtoon is. Er zijn nog maar 250 echte wilde appelbomen (dus geen weggegooide klokhuizen).
Het is wel zo dat de inheemse bomen met autochtoon genenmateriaal volledig aangepast zijn aan het Nederlandse klimaat en de bodemgesteldheid waar ze van nature thuis horen. Die bomen en struiken zijn heel belangerijk voor hun eigen biotoop. Het gaat hier niet om een stekje dat misschien net over de grens is geplukt. Het gaat hier om grote bospercelen die aangeplant zijn met stekmateriaal uit heel andere streken. Ik weet niet hoe goed je die bospercelen kent met allemaal aangeplante fijnsparren. Dat is echt geen verrijking van de natuur. Juist om onze eigen biodiversiteit instant te houden moet de aanplant van bomen en struiken met autochtoon genenmateriaal in bossen en natuurgebieden uitgebreid worden. Dat is ook van belang voor de rest van de flora en fauna.
Mijn vraag is dus hoe heeft men berekend dat nog maar 5% van ons bomen en struikenbestand inheems is met autochtoon genenmateriaal?
Kijk de bomen en struiken in de tuinen maakt mij niets uit. Veel populaire bomen en struiken in de tuinen verwilderen toch niet.
brobeer het boek Nederlandse Dendrologie van Dr.B.K.Boom tekrijgen
Hier staan alle houtige gewassen in met de Latijnse naam,de Geslachtsnaam
de soortnaam met de betekenis van de namen en de Nederlandse naam.
Land van herkomst en de familie waarzij toe behoren.
Verder kan ik je het boekje Planten terminologie van Jac.de Bruin
aan bevelen Succes.