Kweek je eigen groenten

Het is altijd leuk wanneer je etenswaren zelf kan kweken. Bovendien heb je er niet echt groene vingers voor nodig. Je hebt enkel de juiste materialen nodig en een gezonde portie geduld. In dit artikel wordt uitgelegd hoe je je eigen groenten kan kweken.

Wat heb je nodig?

Je hebt niet veel nodig om zelf iets te kweken. Het belangrijkste zijn de juiste kweekbakken. Afhankelijk van wat je juist wil kweken, heb je verschillende groottes waaruit je kan kiezen.

Zo heb je bijvoorbeeld de mogelijkheid om een geheel van verschillende kleine kweekpotjes naast elkaar te kopen. Deze worden vaak gebruikt om kruiden te kweken omdat dit meestal niet veel plaats in beslag neemt. 

Wil je graag groenten kweken, dan kan je best kiezen voor grote kweekbakken. Ook hier heb je verschillende mogelijkheden en kan je verschillende groenten in een bak kweken. Je hoeft enkel maar een etiket te plaatsen met wat je waar juist gekweekt hebt.

Daarnaast heb je ook nog de juiste grond nodig om je gekweekte producten te laten groeien. Belangrijk om te weten is dat je geen potgrond mag gebruiken die je voor je planten gebruikt. Deze potgrond bevat namelijk niet de juiste grondstoffen om onder meer groenten te laten groeien.

Welke groenten eerst kweken?

Wanneer het je eerste keer is dat je groenten gaat kweken, is het aan te raden om met eenvoudige groenten te beginnen. Een eerste groente dat eenvoudig te kweken is, zijn radijsjes. Je start best met zaaien in het voorjaar rond maart of april. Na zes tot acht weken kan je je eerste radijsjes al plukken omdat ze heel snel groeien. Wanneer de radijsjes ongeveer een tweetal centimeter groot zijn, kan je ze oogsten.

Een tweede groente zijn kerstomaatjes. Belangrijk is om je kweekbak in de zonnigste hoek van je tuin te zetten wanneer je tomaatjes wil kweken. Bij kerstomaten heb je iets meer geduld nodig tot je ze kan oogsten. Een drietal maanden is voldoende om ze zelf te kweken.

Een derde en laatste groente zijn bonen. Hier kan je een onderscheid maken tussen sperziebonen en snijbonen. Sperziebonen kweek je het beste in een kweekbak waar moestuingrond is gemengd met compost. Plaats elk zaadje ongeveer op tien centimeter van elkaar en geef daarna elke dag wat water. Sperziebonen zijn bovendien erg gevoelig voor slakken dus controleer hier dagelijks op. Snijbonen worden eigenlijk op dezelfde manier gekweekt als sperziebonen en ook zij zijn gevoelig voor slakken. Dit voornamelijk in de beginfase van het kweken.